Het lijkt er op dat het eerste team dit seizoen zijn punten zal moeten halen uit een handjevol sleutelduels. Na 3 ronden en even zovele nederlagen staan we namelijk nog steeds boven de rode streep en
lijken de nummers 9 en 10 beduidend zwakker maar of het spelen van degradatiewedstrijden ons goed af zal gaan?! In de afgelopen seizoenen ging het tegen de sterke middenmotors in ieder geval een stuk beter.
Nu lijkt de titel een dramatisch wedstrijdverloop aan te geven maar op het eindresultaat valt eigenlijk niet zo veel af te dingen. Behalve misschien dan dat de tegenpartij met drie invallers aantrad die gezamenlijk 1½ uit 3 inbrachten.
Jaap speelde op vrijdagavond vooruit en leek lange tijd op weg om hun op papier sterkste speler geen enkel aanknopingspunt te geven. Tot dat net iets te snel uitgevoerde pionzetje op de damevleugel waarmee hij nóg wat extra materiaal dacht te ruilen. In werkelijkheid gaf dit wit de gelegenheid om razendsnel een levensgevaarlijke vrije a-pion te creëren waarna het loperpaar vrij spel had.
Op de wedstrijddag zélf een volgende tegenvaller waarPaulaan het achtste bord één van hun taaiere spelers bleek te treffen. De variant van de Caro-Kann die op het bord kwam dient subtiel aangepakt te worden anders heb je ook gelijk niets meer zoals nu al snel bleek.
Met de Slavische opening die bijChris op het bord kwam is het ook altijd maar afwachten of je met zwart nog enig spel krijgt. De actieve mogelijkheden kwamen er echter zéker maar op het kritieke moment werd helaas de op één na sterkste voortzetting gekozen. De vrijpion die wit kreeg had in het vervolg wellicht nog een zwakte kunnen worden maar was na ruil van paard tegen (tijdelijk ingegraven?) loper ruim voldoende voor remise.
Tjerk ‘offerde’ in een Konings-Indische aanval zijn e-pion maar bemerkte dat slechts de aanwezigheid hiervan kans op een succesvolle koningsaanval geeft. Na verlies van een tweede pion werd zijn eigen koningsstelling met een thematisch offer opgeblazen.
Dat betekende 1-3 maar kenden wij in de vorige ronde niet dezelfde voorsprong?
Jan Brinkgaf in ieder geval het goede voorbeeld door in een Caro-Kann met Franse contouren op fraaie wijze de opening van de c-lijn te forceren en met zijn torens beslissend binnen te dringen.
Ondanks de traditionele tijdnood had ik er bij de stelling vanAlexander alle vertrouwen in dat hij zijn positionele trukendoos weer open zou trekken. Maar voor de verandering werd de kwaliteit van zijn zetten bij het wegtikken van de laatste seconden er niet beter op met als resultaat dat hij ‘volkomen verkrampt’ door zijn vlag ging.
Hiermee was de wedstrijd beslist ondanks de gave winstpartij dieJan Roebers afleverde. Een ‘koffiehuisaanpak’ van het Scandinavisch werd niet helemaal principieel beantwoord en leverde hem al snel een gezonde pionnenmeerderheid in het centrum op die na het betere manoeuvreerwerk vlak voor de eerste tijdcontrole in klinkende munt kon worden omgezet.
Christiaanleek in een Grünfeld-Indiër niets te klagen te hebben tot hij de gevolgen van een actie op de damevleugel verkeerd inschatte. Met een dameoffer koos hij in ieder geval nog de weg van de meeste weerstand en via inventief verdedigen gecombineerd met wat onnauwkeurigheidjes bij de tegenstander wist hij met toren + loper nog een moeilijk te kraken vesting op te bouwen. Ondanks flink wat investeringen in de resterende bedenktijd werd het smalle winstpad niet gevonden.
Witte Paard 1 - HSV De Eenhoorn 2 3½ - 4½
Chris de Saegher (2192) - Jerrel Thakoerdien (2088) ½ - ½
Jan Roebers (2145) - Joseph Molenaar (2138) 1 – 0
Christiaan Molenaar (2009) - Alexander Geerts (2040) ½ - ½
Tjerk van Blokland (2005) - Ronald Ritsema (2054) 0 – 1
Jaap de Berg (1857) - Ardjan Langedijk (2126) 0 – 1
Alexander Kretzschmar (-) - Sereyo Bekkink (1866) 0 – 1
Jan Brink (2016) - Arjon Buikstra (1997) 1 – 0
Paul van Haastert (2038) - Tom Balla (2082) ½ - ½